Bovendien moeten ook de structuur en bladstand (fyllotaxis) in het gewas behouden blijven, zodat de bladeren beter het zonlicht kunnen opvangen.
Kalium speelt een belangrijke rol voor het behoud van de celdruk en stabiliteit van de cellen, maar ook voor het transport van voedingsstoffen in het gewas.
Onvoldoende toevoer van kalium kan leiden tot vroegtijdige verslapping en een hangend bladerdak. De stengel is breekbaarder, waardoor het risico op legering toeneemt en de opbrengst en kwaliteit vermindert. De vraag naar kalium is hoger dan naar elke andere voedingsstof, waarbij het merendeel hiervan wordt opgenomen in de lente. Tussen het begin en eind van de uitstoeling neemt tarwe gemiddeld 7.7 kg K20 per dag op. Giften zouden hierop afgestemd moeten worden.